Afsplitsen wordt nog weleens gezien als een omgekeerde integratie van een bedrijfsonderdeel. Naar mijn mening is deze opvatting is onjuist. En brengt zelfs het slagen van de afsplitsing in gevaar. Er is een aantal kenmerkende verschillen tussen deze twee gebeurtenissen. Verschillen die maken dat de aanpak die gekozen wordt bij het ontwerpen, plannen en implementeren sterk van elkaar verschilt. In onderstaande blog leg ik uit wat ik daarmee bedoel.
De invloed van de factor tijd
Om het verschil tussen een integratie en een afsplitsing beter te begrijpen is ten eerste de factor ‘tijd’ van belang. Bij de integratie van een bedrijfsonderdeel speelt er vaak geen harde deadline. En met ‘hard’ bedoel ik een deadline die bij overschrijding onherroepelijk leidt tot stilvallen van de bedrijfsvoering. Bij de integratie van een bedrijfsonderdeel in een overkoepelende moederorganisatie kan de daadwerkelijke integratie over een langere periode worden uitgevoerd. Denk bijvoorbeeld aan het integreren van twee groepen medewerkers die in de loop van de tijd samensmelten tot één gezamenlijke cultuur. Ook de integratie van systemen kan men over een langere periode uitsmeren en er is geen man overboord als dit niet op korte termijn wordt gerealiseerd. Immers, zowel het moederbedrijf als het aangekochte onderdeel opereren al onder de hoede van het aankopende bedrijf. Bedenk ook dat het te integreren bedrijf al de beschikking heeft over zijn eigen systemen, processen, medewerkers en managementteam op basis waarvan het kan opereren.
En ook al wordt een integratie op een kortere termijn gepland, in de praktijk neemt een integratie vrijwel altijd langer in beslag dan vooraf gepland. Omdat alle betrokken zich namelijk bewust zijn van het niet tijd-kritische karakter van een integratie nemen partijen bewust of onbewust de tijd om hun belangen en die van hun achterban maximaal waar te maken. Vlak de invloed van de onderhuidse belangen die spelen bij het integreren van twee bedrijven zeker niet uit. Bij een integratie worden functies van beide bedrijven samengevoegd waarbij direct of op termijn de functies en het bijbehorende personeelbestand worden gerationaliseerd. Dit alles heeft als gevolg dat er voor de uitvoering van specifieke functies in de geïntegreerde situatie minder mensen nodig zijn dan dat voorheen het geval was. Of dat medewerkers in andere posities terecht komen dan voorheen het geval was. Al met al is dit een delicaat proces dat mensen direct raakt in hun bestaan. En vergis je niet, het vasthouden aan posities met de bijbehorende status, aanzien of macht kan tot sterk (ondergronds) verzet leiden. Gevolg is dan ook dat in de praktijk integraties vaak een lange periode in beslag, laat staan of ze sowieso ooit geheel tot stand komen.
Wat is de achtergrond van de afsplitsing?
Afsplitsingen daarentegen gaan gepaard met strikte afspraken tussen koper en verkoper. Afhankelijk van de reden heeft een verkoper er belang bij dat de afsplitsing snel of volledig wordt uitgevoerd. In geval van een acute kapitaalsbehoefte bijvoorbeeld speelt de snelheid van voltooiing van de afsplitsing een belangrijke rol. Immers, des te eerder de afsplitsing is afgerond, des te sneller krijgt het afstotende moederbedrijf de beschikking over de vrijkomende financiële middelen om aan zijn financiële behoeften te voldoen. Tijd is dan de kritische factor.
Maar wanneer bijvoorbeeld de afsplitsing plaatsvindt als gevolg van mededingingswetgeving die een afsplitsing afdwingt om zo een monopolie positie te voorkomen, dan zal juist de volledigheid van afsplitsing op de voorgrond staan. Niet ‘tijd’ maar het ‘voldoen aan de eisen van de mededingingsautoriteit’ zal dan de kritische factor zijn. De tijd die daarvoor benodigd is volgt uit de te ondernemen stappen. Wat de reden ook is, uiteindelijk zal een volledige afsplitsing het doel zijn van elke afsplitsing.
Koper en verkoper – strijdige belangen?
Een verkoper is er in de praktijk bij gebaat dat volledige afsplitsing zo snel mogelijk een feit is. Immers, hoe sneller de afsplitsing is afgerond, des te sneller komt de verkoopsom beschikbaar en kan de verkoper zich voluit richten op het optimaliseren en uitbouwen van zijn organisatie. Waar het voor de verkoper dus vaak niet snel genoeg zin afgerond, heeft de koper wellicht (veel) meer tijd nodig. Hij moet namelijk zeker zijn van een ongestoorde continuïteit van het afgesplitste bedrijfsonderdeel op het moment dat de afsplitsing wordt doorgevoerd. En wat daarvoor nodig is, is zeker bij omvangrijke afsplitsingen niet zomaar even te beoordelen. Denk daarbij ook aan het verschil tussen een strategische koper die kennis en inzicht heeft in het type bedrijf dat hij gekocht heeft of een private equity investeerder die voor operationeel gezien wellicht een black-box heeft gekocht. Zeker in het laatste geval zal een grondige analyse en de voorbereidingen voor de afsplitsing de nodige tijd in beslag nemen.
Er kan dus worden gesteld dat er in geval van een afsplitsing grote druk bestaat als gevolg van de harde deadlines ten aanzien van wat zelfstandig operationeel moet zijn op het moment van juridische onafhankelijkheid van het afgesplitste onderdeel. Daarnaast is er groot belang bij het halen van de deadlines die zijn afgesproken tussen verkoper en koper ten aanzien van de tijdelijke onderlinge dienstverlening tot aan het moment van volledige onafhankelijkheid. Deze strikte deadlines in geval van een bedrijfsafsplitsing en de daarmee gepaard gaande tijdsdruk bestaan bij een integratie veelal niet, wat maakt dat de implementatieaanpak dan ook kenmerkend verschilt in beide situaties.
Afsplitsen: geen weg terug!
In tegenstelling tot een integratietraject is er bij een afsplitsing geen weg terug. Als bijvoorbeeld de IT-systemen van de moederorganisatie zijn afgesloten voor gebruik door het afgesplitste bedrijfsonderdeel en medewerkers zijn toegewezen aan óf de moeder óf aan het afgesplitste onderdeel, dan is daarmee de beschikbaarheid ervan beperkt tot één van de twee organisaties. Bij een integratie van twee reeds operationele bedrijven is er echter geen man overboord als een systeemintegratie wat langer in beslag neemt. Niemand van de betrokkenen heeft dan namelijk belang bij het ‘hard’ uitzetten van systemen waardoor een onderdeel van hetzelfde concern in de problemen komt. Dat zal dus ook niet gebeuren.
Vanwege de strikte afspraken en de bijbehorende deadlines bij een afsplitsing is daarom zelfs voor de meest eenvoudige afsplitsing een nauwgezette planning, uitgebreide interne en externe communicatie en een nauwkeurige uitvoering noodzakelijk. En een uitermate strakke sturing op het daadwerkelijk gereed zijn voor het omzetten van de knop op het moment van de fysieke afsplitsing. In de praktijk betekent dit dat er wordt gewerkt met specifieke ‘Readiness Checks’ waarin door middel van testen en intensieve controles wordt bepaald of onderdelen klaar zijn voor het ‘live’ gaan van de afsplitsing.
De genoemde kenmerken en verschillen maken dat een afsplitsing succesvol implementeren een secuur proces is. Het managen van relevante afhankelijkheden tussen de moederorganisatie en het af te splitsen bedrijfsonderdeel is daarin een kritische succesfactor. Om te slagen moet de gekozen afsplitsingsaanpak dan ook gericht zijn op het uitermate nauwkeurig organiseren, voorbereiden en volgens een bij de situatie passend plan implementeren van de afsplitsing van het bedrijfsonderdeel. Kort samengevat: strikte deadlines zijn bij een integratie zelfopgelegd en gewenst, bij een afsplitsing zijn ze een must en van levensbelang.
Antwoord op de vraag of een afsplitsing een omgekeerde integratie is: nee! En wees je daar goed van bewust bij het inrichten van je implementatieaanpak.
Wil je op de hoogte blijven of meteen toegang krijgen tot de volledige C.O.D.E. voor een succesvolle afsplitsing?
Schrijf je in
voor de maandelijkse nieuwsbrief of
bestel nu het boek
'Bedrijfsafsplitsing - handboek voor een succesvolle bedrijfsafsplitsing'
Resulture | Alle rechten voorbehouden
Resulture | Alle rechten voorbehouden